Titel
Wijziging besluit over kapitaalverzekering eigen woning
Publicatiedatum
30/03/2023
Categorie
Inkomstenbelasting
Bron
Ministerie van Financiën
Aard
besluit
Nummer
nr. 2023-27660, Staatscourant 2023, Nr. 8905
Samenvatting

De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit over de kapitaalverzekering eigen woning (KEW) en vóór 2001 bestaande kapitaalverzekeringen in box 3 gewijzigd. Aan het besluit uit 2017 zijn twee goedkeuringen voor de aflossingseis toegevoegd.

Een uitkering uit een KEW is vrijgesteld van inkomstenbelasting als daarmee een eigenwoningschuld wordt afgelost en aan de overige voorwaarden is voldaan. Het gebeurt regelmatig dat een eigenwoningschuld wordt afgelost met de opbrengst van de verkoop van de eigen woning en dat de KEW pas later tot uitkering komt. Daardoor bestaat geen recht op de uitkeringsvrijstelling.

Voor gevallen waarin een direct verband bestaat tussen de verkoop van de eigen woning, het vrijkomen van het kapitaal en de aflossing van de eigenwoningschuld heeft de staatssecretaris goedgekeurd dat de vrijstelling van toepassing is. De goedkeuring geldt onder de voorwaarde dat de uitkering binnen zes maanden na de aflossing van de eigenwoningschuld plaatsvindt. Aan de overige in de Wet IB 2001 opgenomen voorwaarden voor de uitkeringsvrijstelling moet zijn voldaan.

De tweede goedkeuring betreft de situatie waarin de aanbieder van de KEW als voorwaarde voor uitkering stelt dat de eigenwoningschuld moet zijn afgelost. De uitkeringsvrijstelling is dan toch van toepassing als de belastingplichtige het bestaan van die voorwaarde aannemelijk maakt en de uitkering uit de KEW plaatsvindt binnen zes maanden na het tijdstip waarop de eigenwoningschuld is afgelost.

Daarnaast zijn de voorwaarden voor de spaarrekening eigen woning (SEW) en de beleggingsrekening eigen woning (BEW) aangepast. De eis, dat tijdens de gehele looptijd van een SEW of BEW de rekeninghouder of zijn partner een eigenwoningschuld heeft, is vervallen.

In voorkomende gevallen kan een belastingplichtige een verzoek om ambtshalve vermindering van een onherroepelijk vaststaande aanslag doen op basis van dit besluit. Dat kan als er minder dan vijf jaar zijn verstreken na het einde van het kalenderjaar waarop de belastingaanslag betrekking heeft.