Titel
Bewijs boete niet geleverd
Publicatiedatum
09/02/2023
Categorie
Formeel recht
Bron
Gerechtshof Den Haag
Aard
jurisprudentie
Nummer
ECLINLGHDHA20222718, BK-22/00444
Samenvatting

De Belastingdienst kan een vergrijpboete opleggen aan een belastingplichtige als het aan zijn opzet of grove schuld te wijten is dat een belastingaanslag te laag is vastgesteld. De bewijslast voor opzet of grove schuld rust op de Belastingdienst. Voor het bewijs mag gebruik worden gemaakt van vermoedens als daardoor de bewijslast niet wordt verschoven naar de belastingplichtige. Het vermoeden moet redelijkerwijs voortvloeien uit de aanwezige bewijsmiddelen. Anders dan in het strafrecht hoeft geen wettig en overtuigend bewijs te worden geleverd van de opzet of grove schuld.

Naar aanleiding van een FIOD-onderzoek naar fraude met kwitanties voor giften aan ANBI’s heeft de Belastingdienst bij het opleggen van een aanslag inkomstenbelasting een vergrijpboete opgelegd. Over de boete volgde een procedure. De inspecteur diende de gestelde voorwaardelijke opzet van de belastingplichtige te bewijzen.

De inspecteur wees op de uitgevoerde onderzoeken en de daarin vastgestelde handel in valse giftkwitanties van de ANBI. Hof Den Haag was van oordeel dat de door de inspecteur aangevoerde feiten en omstandigheden betrekking hadden op de ANBI en niet op de belastingplichtige. Volgens het hof rechtvaardigt hetgeen de inspecteur heeft aangevoerd niet het vermoeden dat de belastingplichtige bewust gebruik heeft gemaakt van een valse giftkwitantie of dat hij zich ervan bewust is geweest dat de aangifte voor wat betreft de giftenaftrek onjuist was. De inspecteur is er niet in geslaagd het vereiste bewijs te leveren. Het hof heeft daarom de boetebeschikking vernietigd.